Nederlandse les 28.04.2020
Meervoud
Lees de theorie over hoe je het meervoud vormt in het Nederlands. En maak de 3 meervoudsoefeningen
Heel veel zelfstandige naamwoorden kennen zowel een enkelvoudsvorm als een meervoudsvorm.
Meervoud op een –s
Bij een meervoud op een –s heb je keuze uit 2 mogelijkheden:
Maak de oefening: Meervoud op een –s
Meervouden met –en
Bij een woord dat een meervoud op –en krijgt, schrijf je de –en gewoon aan het woord vast. Je krijgt hier dus nooit ‘en.
Bij het vormen van meervouden op –en moet je rekening houden met:

Maak de oefening: meervoud op -en
Woorden die eindigen op –ie
Woorden op –ie krijgen soms een –s (directies, kanaries), maar in andere gevallen –n (bacteriën) of –en (melodieën).
Voor meervouden op –n of –en is de regel:
Woorden die eindigen op –ee
Bij woorden die eindigen op –ee krijg je altijd –ën.
Meervouden met –s of –en
Er zijn heel wat woorden met twee meervoudsvormen, met –s of met –en.
Vreemde meervouden
Oorspronkelijk Latijnse woorden hebben soms twee meervoudsvormen.
Maak de oefning: meervouden door elkaar
Lees de theorie over hoe je het meervoud vormt in het Nederlands. En maak de 3 meervoudsoefeningen
Heel veel zelfstandige naamwoorden kennen zowel een enkelvoudsvorm als een meervoudsvorm.
- Vb. vlinder – vlinders
- Vb. stoel – stoelen
- Vb. kind – kinderen
- Vb. politie
- Vb. rijst
- Vb. tarwe
- Vb. zand
- Vb. hersenen
- Vb. onkosten
- -s
- -(e)n
- -eren
Meervoud op een –s
Bij een meervoud op een –s heb je keuze uit 2 mogelijkheden:
- Een vaste –s
- Je schrijft de –s aan het woord vast als er geen probleem met de uitspraak ontstaat.
- vb. Sektes, tantes, printers, logés, goeroes, dominees
- Je schrijft de –s aan het woord vast als er geen probleem met de uitspraak ontstaat.
- Een –‘s
- Je schrijft –‘s om uitspraakproblemen te voorkomen. Dit kan voorkomen:
- Bij afkortingen
- Vb. vwo’s, cd’s, cao’s
- In woorden die eindigen op a, i, o, u, y.
- Vb. bikini’s, piano’s, accu’s, lama’s, jury’s
- Let op! Bij –y niet als er een klinker voor –y staat
- Vb. etuis, bureaus, jockeys, cowboys, essays (Er is hier namelijk geen uitspraakprobleem.)
- Let op! Bij –y niet als er een klinker voor –y staat
- Vb. bikini’s, piano’s, accu’s, lama’s, jury’s
- Bij afkortingen
- Je schrijft –‘s om uitspraakproblemen te voorkomen. Dit kan voorkomen:
Maak de oefening: Meervoud op een –s
Meervouden met –en
Bij een woord dat een meervoud op –en krijgt, schrijf je de –en gewoon aan het woord vast. Je krijgt hier dus nooit ‘en.
- Vb. stoelen, koorden, polsen
Bij het vormen van meervouden op –en moet je rekening houden met:
- Klinkerweglating
- Staat er in het enkelvoud een dubbele klinker in de laatste lettergreep, dan laat je die in het meervoud weg wanneer de uitspraak dit toelaat.
- Vb. leraar – leraren (de klank – een lange ‘a’ – blijft hetzelfde als je één ‘a’ weglaat)
- Staat er in het enkelvoud een dubbele klinker in de laatste lettergreep, dan laat je die in het meervoud weg wanneer de uitspraak dit toelaat.
- Medeklinkerverandering
- Na een aa, ee, ie, oo, oe, eu, ij (ei) en na een l, m, n en r verandert de f in een v en de s in een z.
- Vb. brief – brieven
- Vb. glas – glazen
- Na een aa, ee, ie, oo, oe, eu, ij (ei) en na een l, m, n en r verandert de f in een v en de s in een z.
- Let op! Deze regel kent nogal wat uitzonderingen die je uit je hoofd zult moeten leren.
- Vb. paragraaf – paragrafen
- Vb. fotograaf – fotografen
- Vb. dans – dansen
- Vb. kaars – kaarsen
- Medeklinkerverdubbeling:
- Er treedt medeklinkerverdubbeling op wanneer de laatste lettergreep een korte klinker bevat.
- Vb. rok – rokken (Zouden we hier geen extra ‘k’ toevoegen, dan spreek je het woord uit als roken.)
- Vb. rok – rokken (Zouden we hier geen extra ‘k’ toevoegen, dan spreek je het woord uit als roken.)
- Maar: als een woord eindigt op een onbeklemtoonde –ik, -es of –et, verdubbelt de laatste medeklinker niet.
- Vb. havik – haviken
- Vb. stommerik – stommeriken
- Vb. dreumes – dreumesen
- Vb. lemmet – lemmeten
- Er treedt medeklinkerverdubbeling op wanneer de laatste lettergreep een korte klinker bevat.

Maak de oefening: meervoud op -en
Woorden die eindigen op –ie
Woorden op –ie krijgen soms een –s (directies, kanaries), maar in andere gevallen –n (bacteriën) of –en (melodieën).
Voor meervouden op –n of –en is de regel:
- Klemtoon op –ie > meervoud met –en: industrie – industrieën
- Klemtoon niet op –ie > meervoud met –n; trema op de e die er al staat: olie – oliën
Woorden die eindigen op –ee
Bij woorden die eindigen op –ee krijg je altijd –ën.
Meervouden met –s of –en
Er zijn heel wat woorden met twee meervoudsvormen, met –s of met –en.
- Vb. Aardappels – aardappelen
- Vb. Zoons – zonen
- Vb. Gemeentes – gemeenten
Vreemde meervouden
Oorspronkelijk Latijnse woorden hebben soms twee meervoudsvormen.
- Vb. Basis – bases of basissen
- Vb. Museum – musea of museums, maar niet musea’s
- Vb. Datum – data of datums, maar niet data’s
- Vb. Medium – media; alleen als het een tussenpersoon betreft: mediums
- Vb. Musicus – musici en niet musicussen'
Maak de oefning: meervouden door elkaar